Te vroeg bevallen
Per jaar worden er ongeveer 180000 a 200000 kinderen geboren in Nederland. 6% a 7% daarvan is prematuur. Dat zijn 12000 kinderen in Nederland die te vroeg geboren worden. Te vroeg is als een baby voor een zwangerschapsduur van 37 weken geboren wordt.
Risico op vroeggeboorte
De kans op een vroeggeboorte neemt toe als vrouwen roken, bepaalde medicatie of drugs gebruiken, een infectie oplopen of bloedverlies hebben. Ook als er sprake is van ruim vruchtwater of een grote uitzetting, zoals bij een tweelingzwangerschap, is de kans op vroeggeboorte groter. Soms is er sprake van een zwakke baarmoedermond die al tijdens de bevalling ontsluiting geeft. Maar vaak wordt er geen oorzaak gevonden voor de vroeggeboorte.
Wist je dat er in de Corona tijd veel minder baby’s prematuur werden geboren?
Mogelijk is dat omdat we allemaal thuis moesten werken en we weinig sociale contacten hadden. Dit zorgde voor minder infecties maar ook voor minder stress.
Stress en angst tijdens de zwangerschap leidt tot een verhoogde kans op vroeggeboorte.
Ook denken we dat zwaar lichamelijk werk kan leiden tot een hogere kans op vroeggeboorte.
Wil je vroeggeboorte voorkomen dan is het verstandig om gezond en regelmatig te eten en bewegen. Niet te roken of drugs te gebruiken. Een goede hygiene te hebben ter voorkoming van infecties. Voldoende rust te nemen en niet alle dagen vol te plannen maar ook af en toe even te lummelen:-) En luister vooral goed naar je lichaam. Ervaar je stress of angst? Doe er iets mee! We schreven hier eerder al een blog over.
Prematuur bevallen
Een premature bevalling verloopt anders dan een bevalling waarbij de baby rondom de uitgerekende datum begint. Meestal begint het met het breken van de vliezen. Dan is het gelijk duidelijk dat er iets aan de hand is. Maar wat we ook wel eens zien is dat vrouwen als eerste aangeven dat ze een beetje bloedverlies hebben of een zeurderige pijn in de onderbuik of rug die elke paar minuten komt en gaat. Soms geven ze aan dat ze een drukkend gevoel onderin ervaren of noemen het menstruatiepijn. Echte weeën noemen vrouwen het zelf niet omdat ze het zelf niet herkennen als weeën. Premature weeen zijn namelijk minder heftig. Ook voor ons professionals is het aan de buitenkant niet altijd goed te zien of de krampen die je ervaart ontsluiting geven of dat het gewone harde buiken of indalingsweeen zijn of er bijvoorbeeld sprake is van een blaasontsteking. En dus sturen we bij twijfel mensen naar het ziekenhuis voor een echo en extra urine- en bloedonderzoek. Bij deze echo meten ze de lengte van de baarmoedermond. Deze hoort een bepaalde lengte te hebben. Is de baarmoedermond korter dan wil dat nog niet zeggen dat je aan het bevallen bent. Mogelijk heb je van nature een iets kortere baarmoedermond. Maar er is met een korte baarmoedermond wel wat meer risico op een vroeggeboorte. Twijfelen ze in het ziekenhuis ook dan zullen ze je opnemen ter observatie. Na 12 à 24 uur zullen ze nogmaals de baarmoedermond meten. Is deze nog hetzelfde dan kun je met een gerust hart naar huis. De baby zal dan nog wel even blijven zitten…..
Is duidelijk dat je aan het bevallen bent omdat je krampen hebt en de baarmoedermond aan het verkorten is terwijl je nog geen 34 weken zwanger bent, dan wordt gekeken of ze je weeën kunnen remmen met medicatie. Boven de 34 weken remmen ze een bevalling niet meer. Ben je onder de 30-32 weken dan zullen ze in het ziekenhuis ook kijken of er een overplaatsing naar een ander ziekenhuis nodig is voor de eventuele opvang van jullie premature baby.
Premature baby’s hebben altijd medische hulp nodig!
In Nederland starten ze de medische ondersteuning vanaf een zwangerschapstermijn van 24 weken. Vanaf 26 weken hebben baby’s meer dan 50% kans om te overleven. Bij 27 weken is dit 80%-90% en na de 28 weken overleeft 95% van de baby’s. Afhankelijk van de termijn zal die medische hulp en ondersteuning verschillen. Baby’s van 28 weken hebben uiteraard veel intensievere en geavanceerdere zorg en opvang nodig dan een baby van 35 weken.
Over het algemeen hebben premature baby’s veel minder reserves waardoor ze snel moe zijn en niet (goed) zelf kunnen drinken of zichzelf op temperatuur kunnen houden. Ze zullen dus geholpen moeten worden met hun temperatuur en de inname van voeding.
Premature baby’s zien vaker geel en moeten onder de bililamp. De bililamp is een lamp met een bepaald licht dat help bij het afbreken van afvalstoffen in hun bloed omdat de lever van premature baby’s dat nog niet voldoende zelf kan. Ook zijn te vroeg geboren baby’s kwetsbaarder omdat hun immuunsysteem nog niet goed functioneert. Ze zullen dus sneller infecties oppikken en daar door hun prematuriteit ook veel meer problemen van kunnen ervaren. Als laatste de ademhaling. In de loop van de zwangerschap rijpen de longen uit. Pas bij een week of 34-35-36 is die rijping voltooid. Maar ook daarna kunnen premature baby’s moeite hebben met hun ademhaling. Voor die termijn moeten alle baby’s geholpen worden voor een adequate ademhaling.